Henri Troyat was een Franse schrijver van deels Armeense origine. Hij werd geboren als Lev Aslanovitsj Tarasov.
Zijn familie verliet Rusland voor de Oktoberrevolutie en kwam na veel omzwervingen in 1920 in Parijs aan.
Troyats eerste roman, Faux Jour, verscheen in 1935. Hij won er de "Prix Eugène Dabit du roman populiste" mee. In 1938 won hij de "Prix Goncourt" voor zijn roman L'Araigne. Hij werd bekend met historische romans. Heel wat van die boeken vormden reeksen zoals Tant Que La Terre Durera (drie delen, 1947-1950) en Les Semailles et les Moissons (vijf delen, 1953-1958), beide gebaseerd op zijn herinneringen aan Rusland. In 1952 schreef hij met La Neige en Deuil het verhaal van een broedertwist die zich afspeelt in de bergen. Hij verwierf er heel wat bekendheid mee.
Naast romans schreef Troyat ook talrijke biografieën van Russische historische figuren (zoals Leo Tolstoj, Maxim Gorki, tsarina Catharina de Grote en tsaar Peter de Grote) alsook van de belangrijkste Franse schrijvers uit de 19e eeuw (zoals Guy de Maupassant, Émile Zola, Gustave Flaubert, Honoré de Balzac en de symbolistische dichters Charles Baudelaire en Paul Verlaine).
Sedert 1959 was hij lid van de "Académie française".
Henri Troyat overleed op 95-jarige leeftijd in Parijs waar hij begraven ligt op het "Cimetière du Montparnasse". Hij liet meer dan honderd werken na.