Daniël Jansens, alias Daniël, alias Jasse, werd geboren op 28/10/1942. Hij debuteerde als scenarist bij de Studio Vandersteen en schreef daar 289 Bessy-verhalen. Nadien, in 1973, waagde hij de stap naar zelfstandigheid en startte met Berck de reeks Lombok en Gurdjeff, verschenen in de Gazet van Antwerpen. Hierop volgde een samenwerking met Jean-Pol voor de reeks Kramikske, waarvan vier albums van zijn hand verschenen. In Robbedoes kreeg hij een voet in huis door toedoen van Sirius, voor wij hij Simon de danser schreef. De reeks blijf spijtig genoeg bij twee titels. Voor Kuifje schreef hij de kronieken van de zwarte Griffioen, een prachtige reeks die zich afspeelde in het oude Brugge. Verder maakte hij vertalingen-adaptaties voor uitgeverij Rossel van o.m. Yakari van Derib en De Jolige Jungle van Delinx en Godard. Zijn grootste succes en werkelijke doorbraak kwam echter in samenwerking met Hec Leemans door de reeks Bakelandt. Zijn laatste creatie was met Peter Hulpusch, de strip Dabbo voor het Nederlandse Eppo.
(Vrije bewerking uit Stripgilde Infoblad 3-1980)