Hans G. Kresse was het kind van een Duitse vader en een Nederlandse moeder. Hij begon zijn tekencarrière op 16-jarige in 1938 met het verhaal Tarzan van de apen in het maandblad van de Nederlandsche Padvinderij ‘De Verkenner’ . Hij moest in 1941, vanwege zijn Duitse vader, bij de Wehrmacht in Duitsland in dienst, maar hij kon echter in 1942 in Nederland een opleiding tot striptekenaar volgen, met als verplichting in dienst te treden bij de nationaal-socialistische filmonderneming Nederland-Film in Den Haag. Dat bedrijf werd in 1943 een gelieerd bedrijf; Tekenfilmstudio E. van Putten. Daarna kon Kresse in dienst treden bij de Studio's van Marten Toonder (Hans Kresse rechts op foto). Hij werkte er onder meer mee aan de antisemitische tekenfilm 'Van den Vos Reynaerde' naar het gelijknamige boek van de NSB'er Rob van Genechten. Ook verschenen er twee verhalen van zijn hand - onder het pseudoniem T. Zwart - over de Germaanse held 'Siegfried' in het nationaal-socialistische tijdschrift Jeugd.
Marten Toonder was indertijd bezig met het opzetten van een stripserie voor de jeugd die ‘Tom Poes’ zou gaan heten. Kresse werd hierdoor geïnspireerd om ook stripverhalen te gaan maken. Tijdens de oorlog duikt Kresse onder in de Toonder Studio's en hij bedenkt samen met Marten Toonder een strip over een viking die verzeild raakt in een mythologische wereld (Atlantis). De eerste tekeningen van de nieuwe held ‘Eric de Noorman’ dateren van 1943, maar het was in de oorlog vrijwel onmogelijk om strips gepubliceerd te krijgen. Hij ontmoette in die tijd ook Han van Gelder en samen werken ze aan ‘Per atoomraket naar Mars’ en ‘Ditto’. Na de oorlog, in de zomer van 1945, worden deze verhalen gepubliceerd.
Kresse tekende voor het Tom Poes Weekblad onder meer de mythische avonturen van Xander (1947-1948) en de strip Detective Kommer (1947-1948). Ook verhalen van Eric de Noorman verschenen in dit weekblad.
De tekststrip Eric de Noorman verscheen voor de eerste keer op 5 juli 1946 in de Vlaamse krant ‘Het Laatste Nieuws’. Deze krant zou daarmee doorgaan tot en met verhaal 67 in 1964. De meeste verhalen werden van 1948-1962 gebundeld uitgegeven in kleine (zogenaamde oblong) boekjes. Het bijzondere van deze serie is dat de held van het verhaal, de Noormannen-koning Eric, gaandeweg ouder wordt. Zijn zoon Erwin wordt koning van de Gotodin (Votadini) in Schotland.
De verhalen, die in het begin nogal ‘fantasie-rijk’ zijn, worden gaandeweg steeds ‘realistischer’. Kresse ging zich beter documenteren, zodat het historisch beter zou kloppen.
In 1966 hervatte Kresse de serie met de avonturen van Erwin, de zoon van Eric de Noorman, in de vorm van een ballontekst-strip, in kleur, in het weekblad Pep. Vader en zoon beleefden tot 1975 vijf avonturen; De banneling, De duivel uit het Ven, Erwin de vrijbuiter, De geweldenaar en De ware koning (onvoltooid).
De verhalen van Eric de Noorman en Erwin zijn tussen 1998 en 2011, compleet uitgegeven in een luxe boekuitgave door Uitgeverij Panda.
Kresse maakte voor het weekblad Pep een nieuwe serie; Vidocq (1965-1970), over een Franse avonturier, achtereenvolgens delinquent en veroordeelde, die wist te ontsnappen uit de gevangenis, informant werd en later hoofd van de onofficiële "veiligheidsbrigade" van het hoofdbureau van politie in Parijs. Daarna richtte hij een privé-detectivebureau op en wordt wel gezien als de ‘vader’ van de moderne criminologie..
Naast zijn stripverhalen verzorgde Kresse duizenden illustraties in onder meer de Arendsoog-boeken en weekbladen als Panorama, Margriet, Donald Duck en Pep.
Hans Kresse, die al zijn hele leven geïnteresseerd was in het lot van de Noord-Amerikaanse indianen was, kreeg de kans een serie ‘De Indianenreeks’ (1973-1982) te tekenen, waarin de botsing tussen de eerste blanken (Spanjaarden) en de indianen aan bod kwam. In deze verhalen is Kresse zeer kritisch over de handelwijze van de blanken ten opzichte van de indianen.
In 1976 kreeg hij voor zijn gehele oeuvre de Stripschapsprijs en een jaar later werd hij in Frankrijk onderscheiden met de Prix Alfred. In 1990 werd de stichting De Kresse-kring opgericht die zich ten doel stelde het werk van Kresse voor het nageslacht te bewaren en publicaties te verzorgen.
Hans G. Kresse overleed 12 maart 1992 in Doorwerth en ligt op de Algemene Begraafplaats Oosterbeek begraven.
Stripcreaties
Tarzan van de apen (1938-1940), boekuitgave 1983
Tom Texan (1940-1941), boekuitgave 1983
Siegfried (1943-1944), boekuitgave 1990
Robby (1945-1946), boekuitgave 1986
De avonturen van Ditto: Ditto en de draak in de grot (1945), idee en tekst Han van Gelder
Per atoomraket naar Mars (1945), boekuitgaven 1945, 1948, 1986
De gouden dolk (1946), boekuitgaven 1946, 1948, 1976
Eric de Noorman (1946-1964), 67 verhalen.
Boekuitgaven vanaf 1948
De grote otter (1946), boekuitgaven 1946, 1953, 1994
Xander (1947-1948), boekuitgaven 1974, 1990
Detective Kommer (1947-1948), boekuitgaven 1949, 1950
Matho Tonga (1948-1954), boekuitgave 1977
Simson, Richteren 13-16 (1949), boekuitgave 2019
De zoon van het oerwoud (1954), boekuitgave 1994
Het Schatteneiland (1954), boekuitgave 1994
Roland de Jonge Jager (1957)
Pim en de Venusman (1959-1960)
Zorro (1964-1967), boekuitgaven 1974, 2005
De boogschutter (1965)
Spin en Marty (1965)
Bonanza (1965-1966), boekuitgave 2007
Vidocq (1965-1970) en (1986-1988), in totaal 36, meestel korte, verhalen voor het weekblad Pep van 1965 tot 1987
Boekuitgaven 1970, 1977, 1978, 1980, 1990, 1991, 1995
Erwin, de zoon van Eric de Noorman (1966-1975), 5 verhalen.
Boekuitgaven 1970, 1973, 1998, 2018
Minimic (1970)
Mangas Coloradas (1971-1972), boekuitgaven 1973, 1993
Wetamo (1972-1973), boekuitgaven 1973, 1992
De Indianenreeks: reeks stripboeken over een indianenvolk in Noord-Amerika (1973-1982):
deel 1: De Meesters van de Donder (1973, 1979)
deel 2: De Kinderen van de Wind (1973, 1979)
deel 3: De Gezellen van het Kwaad (1974, 1979)
deel 4: De Zang van de Prairiewolven (1974, 1979)
deel 5: De Weg van de Wraak (1975, 1978)
deel 6: De Welp en de Wolf (1976)
deel 7: De Gierenjagers (1978)
deel 8: De Prijs van de Vrijheid (1979)
deel 9: De Eer van een Krijger(1982)
deel 10: De Lokroep van Quivera (niet afgemaakt), boekuitgave 2001
Alain d'Arcy (1976-1978), boekuitgaven 1979, 1980, 1980/1981